Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Capellus

betekenis & definitie

Capellus - (Ludovicus), eigenl. Louis Cappel, theoloog en hebraïcus, geboren 1585 te St. Elier bij Sedan, werd in 1613 hoogl. in het Hebreeuwsch aan de academie te Saumur, in 1633 theol. prof. aldaar, waar hij in 1658 overleed. Hij was een vroom en trouw aanhanger van de Gereformeerde leer en onderscheidde zich boven zijne tijdgenooten door een vrijen wetenschappelijken blik en door beslisten, moedigen vooruitgang.

Zijne hoofdwerken hebben betrekking op de geschiedenis van den text der oudtestamentische geschriften. Het zijn Arcanum punctationis revelatum (Leiden 1624), waarin hij aantoonde dat de vocaalteekens en accenten eerst in den na-talmudischen tijd aan den hebreeuwschen bijbeltekst zijn toegevoegd, en de Critica sacra (Par. 1650; 3 torn., Halle 1775—86), waarin hij de critische waarde der oude vertalingen tegenover den overgeleverden Hebreeuwschen text aantoonde. De voornaamste uitkomsten van zijn onderzoekingen werden door de orthodoxen van zijn tijd, vooral door I. Buxtorf den Zoon, op de heftigste wijze aangevallen, maar zijn later meer erkend geworden en thans gemeengoed der wetenschap.

< >