Brueys - (David Augustin de), geb. te Aix in Provence, in 1640, overl. te Montpellier in 1723, is de schrijver van een verhandeling over de Eucharistie, waarin hij als calvinist de leer der Katholieke kerk aanvalt. Bossuet, destijds bisschop van Condom, slaagde erin, hem tot het Katholicisme te bekeeren. B. werd priester in 1685 en schreef nu tal van theologische werken, o. a. een Défense du culte extérieur de l'Eglise Catholique (1686), Traité de l'Eucharistie (1686), hetgeen hem evenwel niet belette, een geregeld bezoeker van de Comédiefrançaise te zijn. Niet zonder verdienste zijn enkele van zijn tooneelstukken, die hij meestal met medewerking van zijn vriend Palaprat samenstelde en die alle met meer of minder bijval door de Comédie-française opgevoerd werden, b.v. le Grondeur (1691), le Muet, van hetzelfde jaar, en VAvocat Patelin, een gemoderniseerde bewerking van de beroemde „Farce de Maître Patelin” (15e eeuw).
In dit blijspel, naar het schijnt op verlangen van Lodewijk XIV geschreven en in 1706 voor het eerst opgevoerd, heeft B. de handeling van de oude klucht uitgebreid door aan den advocaat Patelin een dochter, aan den lakenkoopman Guillaume een zoon te geven. Aan het einde van het derde bedrijf komt een huwelijk tusschen de beide jongelieden tot stand. Het tooneel nam intusschen B. niet geheel en al in beslag. Hij ging voort met het schrijven van godgeleerde verhandelingen: Histoire du fanatisme de notre temps (1692), Traité de l’obéissance des chrétiens aux puissances temporaires (1709), enz. Die bonte mengeling van theologische en dramatische werken stempelt B. tot een zeer eigenaardige persoonlijkheid.
