Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Blondeel

betekenis & definitie

Blondeel (Lancelot), Zuid-Nederl. meester, graveur en architect, geb. te Poperinghe of daar dicht bij, in 1496, overl. te Brugge in 1561. Hij schijnt eerst metselaar geweest te zijn, doch werd in 1519 in het schildersgilde te Brugge opgenomen, waar hij nog 1556 als „Vinder” wordt genoemd. Of B. in Italië is geweest is onbekend, wel gebruikt hij met voorliefde renaissance-ornament in zijn werk. Oude zegslieden als Stradanus en Guicciardini gewagen van B.’s vaardigheid in het schilderen van branden.

Er is echter geen werk van dien aard van B. bekend (wel wordt er een genoemd in een notitie op een veiling van 1785). Als zijn vroegste werk geldt een vaandel voor het Chirurgijnsgilde te Brugge; van 1523 dateert een rijk geornamenteerd tripiek met Cosmas en Damianus voor hetzelfde gilde, thans in St. Jacques te Brugge ; een tweede vaandel beschilderde B. voor het schildersgilde, St. Lukas, die de Maagd met het Kind schildert, 1545 (thans in het Museum te Br.), een derde voor het Gilde der schilders en zadelmakers te Brugge (thans in St. Sauveur), ontwerp in een particuliere verzameling te Londen. Andere werken worden hem toegeschreven, zooals de L. A. B. gesigneerde Marteldood van een Heilige in ’s-Rijksmuseum. Hij schijnt ook voor de Tapijtwevers veel geteekend te hebben en H. Hijmans vermoedde, dat hij de serie van 5 tapijten in het Museum te Madrid had ontworpen (Geschiedenis van den H. Paulus).

Als restaurator van schilderijen moet hij naam gehad hebben, want men vertrouwde hem de restauratie van de bekende „Aanbidding van het Lam Gods” (Gentsch altaar) door van Eyck toe (1550), die hij tezamen met J. v. Scorel uitvoerde. Hij is, zooals van Mander zegt, knap geweest in: „metselrijen” (het teekenen van architectonisch detail, maar misschien ook het leveren van ingenieurs-werk). Daarmede klopt, dat zijn werken zoo vaak rijke renaissance-architectuur, in fijn bruinrood op gouden fond geteekend, vertoonen en ook, dat er van hem bekend is, dat hij in 1546 de overheid van Brugge een plan van een kanaal naar zee indiende, welk ontwerp echter niet werd uitgevoerd. Ook ontwierp B. de door Guyot de Beaugrant en anderen uitgevoerde groote schouw voor het „Vrij” te Brugge (1529 voltooid). Hij heeft ook ontwerpen voor beeldhouwwerk geleverd en voor de houtsnede geteekend; één houtsnede van hem zelf wees H. Hijmans aan in het prentenkabinet te Brussel. — Hij merkte zijn werken wel met een kleinen troffel, het metselaarsinstrument. Litteratuur in Thieme-Becker’s Künstlerlexikon.

< >