Begrooting voor nederlandsch-lndië - Deze wordt telken jare op den derden Dinsdag van September bij de Staten-Generaal ingediend, in den vorm van vier wetsontwerpen, overeenkomende met de vier hoofdstukken, waarin zij is gesplitst, n.l. twee hoofdst. voor de b. van uitgaven: Hoofdstuk I Uit gaven in Nederland Hoofdstuk II Uitgaven in Nederl.-Indië; en twee voor de b. van ontvangsten: Hoofdstuk I Ontvangsten in Nederland, Hoofdstuk II Ontvangsten in Indië. De b. v. ontvangsten wordt ook wel Wet op de middelen genoemd. Hoofdstuk I van de b. van uitgaven is verdeeld in tien af deelingen, nl. I afd.
Regeering en Hooge Colleges, de overige negen overeenkomende met de Indische Departementen van Algemeen Bestuur (zie NED. INDIE I Bestuur); Hoofdstuk II der begr. v. uit gaven bestaat uit elf afd. nl. dezelfde als van Hoofdstuk I, met toevoeging van een afd. Plaat selijk en Gewestelijk zelfbestuur (zie DECEN TRALISATIE IN NED. INDIE). Elke afd. is gesplitst in onderafdeelingen; de laatste onderafd. van elke afd. is voor onvoorziene uitgaven. De splitsing in afd. en onderafd. geschiedt bij de wet, de splitsing der onderafdeelingen in artikelen door de Kroon, en wel bij twee splitsingsbesluiten, voor elk hoofdstuk één. Af- en overschrijving van en op afdeelingen, onderafdeelingen en artikelen mag slechts plaats hebben na verkregen machtiging of onder nadere goedkeuring van de macht, die de afd., onderafd. of art. heeft vastgesteld. Ook het putten uit de onderafd. „onvoorziene uitgaven” is aan bepaalde voorschriften gebonden. Ten slotte is de Gouv.-Gen. bevoegd om kredieten boven de b. te openen in gevallen, waarin een verhooging der b. onvermijdelijk is en de gelegenheid tot tijdige verhooging bij de wet niet bestaat; deze kredieten eischen nadere bekrachtiging door de wet.
Uitgaven boven de b. kunnen ook nog gedaan worden voor aankoop enz. van produkten, omdat daartegenover ook steeds een hoogere inkomst staat. De Kroon kan, als ’t belang van den dienst zulks vordert, uitgaven voor gelijknamige afdeelingen van het lste op het 2de Hoofdstuk en omgekeerd, over brengen. Hoofdstuk I van de Ontvangsten (Midde len in Nederland) geeft in zijn eerste artikel onder doorloopende nummering de middelen aan; Hoofd stuk II (Middelen in Indië) evenzoo, maar departe mentsgewijze gerangschikt, met toevoeging van de rubrieken: Plaatselijk en Gewestelijk zelfbestuur en Ontvangsten van gemengden aard en toevallige baten. Terwijl de vaststelling der Ind. B. plaats heeft bij de wet, worden de ontwerpen daarvoor deels hier te lande, deels in Indië opge maakt; in Nederland de ontwerpen der beide eerste hoofdstukken (uitgaven en ontvangsten in Neder land); in Indië dat van de beide 2de hoofdstukken, waartoe de verschillende departementen aan dat van de Financiën de gegevens verstrekken (vóór 1 Dec. van het tweede jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de b. moet dienen) terwijl de Min. van Koloniën vóór 1 Febr. telegraphisch bericht stuurt van de eindcijfers der Nederlandsche ont werpen. In het voorjaar wordt (sedert 1906) een b.’s vergadering gehouden van den Raad van Indië, onder voorzitterschap van den Gouv.-Gen. en bijge woond door de chefs van de Departementen van Algemeen Bestuur; sedert 1911 wordt het zg. „Indisch Ontwerp” (2 staten van ontvangsten en 2 van uit gaven met ramingen en toelichting) gepubliceerd, om vooraf belanghebbenden en belangstellenden in zage te geven. Zie verder NED. INDIE, Financiën en COMPTABILITEITSWET (Indische).