Barbara-Santa

betekenis & definitie

Barbara-Santa - Plantage aan de Z.O.-punt van Curaçao. In 1875 werd hier een rijke fosfaatafzetting ontdekt; in hetzelfde jaar begon de ontginning, die onafgebroken werd voortgezet tot in 1895 voor het laatst 1500 tons van 1000 K.G. uitgevoerd werden. In het geheel werden gedurende de twintigjarige ontginningsperiode 183.000 ton fosfaat uitgevoerd, die een winst van ongeveer 7 mill. gld. hebben opgeleverd. Het fosfaat was van hoog gehalte, 80% Ca3P2O8 of meer, en door de fabrikanten van superfosfaat zeer gezocht. Daling der fosfaatprijzen en oneenigheid tusschen de beide eigenaren der plantage, waarvan een tevens het ontginningsrecht der fosfaatgroeve bezat, waren oorzaak, dat na 1895 de uitvoer werd stopgezet en de exploitatie niet hervat. Het Gouvernement kon niet toelaten, dat op den duur een natuurlijke rijkdom van het land ongebruikt zou blijven liggen. Het benoemde in 1911 een commissie met opdracht de hoeveelheid en de waarde van het nog aanwezige fosfaat te schatten, met de bedoeling om als de resultaten van het onderzoek gunstig zouden zijn, op de een of andere wijze de voortzetting der ontginning te forceeren. Tot verdere inmenging van het Gouvernement is het niet gekomen, daar inmiddels de plantage overging in handen van een Amsterdamsche bankiersfirma, die haar inbracht in de N. V. Mijnbouwmaatschappij Curaçao, in 1912 te Amsterdam opgericht met een kapitaal van ƒ6.001.000. Men verwacht, dat deze maatschappij met kracht de ontginning zal drijven, zoodra na het einde van den thans woedenden oorlog het verschepen van fosfaat weder mogelijk zal worden. Nadere bijzonderheden in J.A. Grutterink, De Santa Barbara fosfaatmijn op Curaçao, Verh. Geol. Mijnbk. Gen. Mijnb. Serie dl. I 2,1913.