Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Augier (guillaume victor emile)

betekenis & definitie

Augier (guillaume victor emile) - Fransch tooneel-schrijver en dichter, geb. te Valence, in 1820, overl. in 1889 te Parijs; hij was een kleinzoon van Pigault-Lebrun. In 1844 verscheen zijn eerste stuk, la Ciguë, waarin de oud-Grieksche kunst wordt nagebootst, in 1845 Un homme de bien, een zedencomedie, in 1848 l'Aventurière, een blijspel, dat in den Renaissance-tijd van Italië speelt, in 1855 Philiberte, een phantasie in XVIIIen trant. Augier behoort tot de z.g. „Ecole du bon sens”. In 1849, drie jaar vóór la Dame aux camélias, verschijnt Gabrielle, een eerste en welgeslaagde poging om Scribe’s overheerschenden invloed te breken.

Tot hiertoe schreef A. zijn stukken in verzen. Voortaan zal hij zich uitsluitend van proza bedienen. De nu volgende comedies kunnen in drie groepen verdeeld worden:

1) die, waarin de betrekkingen tusschen man en vrouw het hoofdonderwerp vormen; in Gabrielle wordt de echtelijke ontrouw reeds ernstig behandeld. Le Manage d'Olympe (1855) voert een „courtisane” ten tooneele, die, gravin geworden, heimwee heeft naar het slijk („la nostalgie de la boue”). In les Lionnes pauvres (1858) hekelt A. de prostitutie der burgerklasse, in Madame Coverlet (1876) kiest hij partij voor de echtscheiding; — 2) die, waarin liefde en echtbreuk niet de eerste plaats innemen: in le gendre de Monsieur Poirier (1854) worden de geruïneerde edelman en de eerzuchtige burgerman onder handen genomen, in Maître Guérin (1864) de naïef-sluwe notaris; — 3) die, waarin sociale vraagstukken behandeld worden: les Effrontés (1861), le Fils de Giboyer (1862), Lions et Renards (1869). Evenals Dumas fils hecht A. veel waarde aan de intrigue en maakt geregeld gebruik van tiraden, tooneel-effecten en raisonneurs-rollen. De door A. verdedigde moraal is die der „honnêtes gens”. Zie H. Parigot, Emile Augier (Collection des Classiques populaires) en P. Morillot, Emile Augier.

< >