Astigmatisme van het oog - Onder normale omstandigheden worden op het netvlies scherpe juiste beelden geworpen van datgene, wat het oog waarneemt. Vallen de beelden niet scherp op het netvlies, dan kunnen zij toch met behulp van lenzen daarop gebracht worden (bijziendheid en verziendheid). Wanneer echter slechts een deel van het beeld scherp, een ander deel echter verwrongen (meest in een richting gerekt of samengedrongen) en niet scherp op het netvlies komt spreekt men van a. Men kan zich hiervan eenigszins een voorstelling vormen, wanneer men in een cylindrischen spiegel (b.v. een nikkelen trekpot) ziet. Ook dan zijn de beelden in één of twee richtingen verwrongen.
Bij het oog komt dit voor, wanneer hoornvlies of lens een abnormale kromming vertoonen. Meestal is deze abnormale kromming slechts in een of twee richtingen aanwezig; soms is de kromming zeer onregelmatig. In het eerste geval kan men door het geven van een bril met cylindrische glazen de fout opheffen; in het tweede geval is van een totale correctie geen sprake; men bepaalt zich dan tot het geven van een bril, waardoor de meest hinderlijke afwijking wordt gecompenseerd.
