Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Arius

betekenis & definitie

Arius - naar wien de Arianen genoemd zijn, gaf aanleiding tot den christologischen strijd in het begin der 4de eeuw. Van geboorte misschien uit Lybië, leeft hij reeds in de eerste jaren van de Diocletiaansche vervolging te Alexandrië en werd, niet jong meer, daar eerst diaken en later presbyter. A. was een streng asceet en had een goeden naam, ook bij zijn orthodoxen bisschop Alexander. Hij was een leerling van den martelaar Lucianus (overl. 311 of 312), een critisch theoloog, wiens leer ontleend was deels aan Origenes, deels aan Paulus van Samosata.

Evenals zijn leermeester was hij meer verstandig critisch dan speculatief en mystiek aangelegd. Ca. 318 ontstond er echter strijd tusschen Alexander en Arius, die de leeringen van Lucianus leerde over het christologisch vraagstuk. In 320 of 321 werd Arius met eenige geestverwanten door eene synode geëxcommuniceerd en afgezet. Hij nam de wijk naar Palaestina en wendde zich per brief om steun tot Eusebius v. Nicomedië, die krachtig zijn partij nam en bij wien hij een toevlucht vond. Een synode in Bithynië verklaarde zich voor hem. Hij keerde naar Alexandrië terug en oefende, tegen Alexanders zin, zijne functiën als presbyter weer uit. De strijd werd steeds feller. Keizer Constantijn besloot er een einde aan te maken en eene verzoening te bewerken.

Dit mislukte. Constantijn, inmiddels voor de partij van Alexander gewonnen, riep nu een Concilie te Nicea bijeen (325), waar eene beslissing genomen werd. Arius, die leerde, dat God, de Eenige alleen eeuwig is en dat alles wat naast Hem is, geschapen is en voorkomt uit zijn wil, zoodat de Zoon dus ook niet eeuwig is, maar een schepsel Gods uit het niet-zijnde, werd hier veroordeeld, afgezet, terwijl hem het verblijf te Alexandrië werd verboden. De keizer beval zijn boeken te verbranden, terwijl de bezitters ervan ter dood gebracht moesten worden. Arius zelf leidde verder een onrustig leven.

Eindelijk keerde de kans te zijnen gunste. Een door den keizer bijeengeroepen concilie te Constantinopel (336) verbande Athanasius, Alexanders opvolger, naar Trier en besloot Arius op plechtige wijze weer op te nemen in de gemeenschap der kerk. Des avonds vóór den Zondag, waarop dit plaats zou hebben, stierf hij echter plotseling. Zie: ARIANEN en ATHANASIUS.

< >