Anona

betekenis & definitie

Anona - plantengeslacht der Anonaceeën, met een 60-tal soorten, die bijna alle in tropisch Amerika voorkomen. Het zijn lage boomen of heesters met verspreide, enkelvoudige bladeren, die oliecellen bevatten, en met eigenaardig gevormde drietallige bloemen. De vruchten zijn besachtige verzamelvruchten, d.w.z. ze ontstaan uit de vergroeiing van een aantal vruchtbeginsels van één bloem. Van eenige soorten worden de vruchten gegeten, zoo van A. muricata L., de Zuurzak, Nangka belanda (Maleisch) waarvan de groote, met stekelige wratten bezette, zeer sappige vruchten in de tropen rauw gegeten worden: A. reticulata, Boewah nona (Maleisch), waarvan de gladde vruchten ter grootte van een appel eveneens rauw gegeten worden, en A. squamosa, Srikaja (Maleisch), Kaneelappel (Suriname), waarvan de met stompe knobbels bezette vruchten meest toebereid gebruikt worden.