Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Ananias (grieksch-hebr.: gode aangenaam)

betekenis & definitie

Ananias (grieksch-hebr.: gode aangenaam) - 1) Isr. hoogepriester, 47—59 na C.; hij trad in Jeruzalem en te Caesarea tegen den apostel Paulus op (Hand. 23: 2, 24:1). Bij het uitbreken van den Joodschen oorlog werd hij in 66 als een aanhanger der Romeinen vermoord Jos. Ant. XX, 5, 2; 9, 2—4, Bell. J. II, 17, 6, 9.

2) De man van Sapphira, Hand. 5:1—6. — 3) Een Christen te Damascus, die zich den pas bekeerden Paulus aantrok.

< >