Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zonnevis

betekenis & definitie

m. (-sen), (ook: haanvis), Zeus faber, vissoort uit de familie zonnevissen (Zeidae, orde zonnevisvormigen), regelmatig voorkomend langs de Ned.-Belg. kust, verwant aan de evervis.

(e) De zonnevis heeft een hoog ovaal, zijdelings afgeplat lichaam en een grote kop, met grote, ver uitstulpbare, schuine bek; verder krachtige stekels in de voorste delen van de rugen aarsvin, waarbij die van de rugvin lange filamenten dragen. Deze soort is blauwgrijs tot bruinig met soms overlangse gele strepen en een grote zwarte, wit omrande, ronde vlek op de flanken. Roofvis, tot 60 cm lang, voorkomend van Zuid-Noorwegen en Ijsland tot Zuid-Afrika, en in de Middellandse Zee. In warmere streken van commercieel belang.

< >