[Akkadisch], v./m. (-s), torentempel in het oude Mesopotamië en in Elam. (e) De oudste ziqqoerrats (o.m. die van Kisj) dateerden van vóór 2500 v.C. (vroegdynastieke periode). Zij waren een verdere ontwikkeling van de (lagere) terrastempels die sinds het 5e millennium v.C. werden gebouwd.
De ziqqoerrats bestonden uit een meestal vierkante basis, met tegen het eind van het 3e millennium v.C. drie, later meer, naar boven toe kleiner wordende etages. Deze kon men bereiken via monumentale trappen die tegen de buitenkant van de torentempel waren gebouwd. Aan vele ziqqoerrats is steeds weer gebouwd (m.n. tijdens Oer III, ca.2100 v.C.-2000 v.C., en in de Nieuwbabylonische tijd, 6e eeuw v.C.), zodat de oorspronkelijke vormen niet altijd behouden bleven. De torentempel bevond zich in een tempelhof en stond in verbinding met de ernaast gelegen laagtempel. In Assyrië werd de ziqqoerrat tegen de achterkant van de laagtempel aangebouwd en kon vanaf het tempeldak worden beklommen (Teil Rimah, 18e eeuw v.C.; Chorsabad, 8e eeuw v.C.). Dubbeltempels met twee ziqqoerrats. kwamen ook in Assyrië voor (tempel van Anoe-Adad te Assoer).
De torentempel van Tsjoga Zanbil (13e eeuw v.C.) in Elam is opmerkelijk doordat de trap niet aan de buitenkant, maar binnendoor loopt en er in de buitenmuur van de eerste verdieping kamers zijn uitgespaard. Bekende torentempels zijn die van Oer, Oeroek, Nippoer, Borsippa, Eridoe en Doer-Koerigalzoe. Laatstgenoemde werd vroeger voor de in de bijbel vermelde ‘toren van Babel’ (Gen.11,1—9) gehouden. De ziqqoerrat van Babylon, Etemenanki, had een basis van 90 m x 90 m, was 90 m hoog en had 7 etages. Hiervan is vrijwel niets meer over doordat de tichels in een latere periode als bouwmateriaal werden gebruikt.Over de functie van de ziqqoerrats is men het nog niet eens. Sommige onderzoekers denken dat de torentempels oorspronkelijk dienden als wijkplaats voor de m.n. in Zuid-Mesopotamië voorkomende overstromingen. Anderen zijn van mening dat de ziqqoerrat diende als monumentale troon voor de hoofdgod van de stad, als verschijnings- of als altaartempel. LITT. A.Parrot, Ziggurats et Tour de Babel (1949); T. A.Busink, De Babylonische tempeltoren (1949); R.Ghirsman e.a., Tchoga Zanbil (Dur Untash) I: La ziggurat (1966).