v./m. (mv.),
1. samenvattende ben. voor twee families knaagdieren (en dan is zakratten een alternatieve naam), nl. de families zakmuizen (Heteromyidae) en zakratten (Geomyidae) (e);
2. de familie zakmuizen in engere zin (Heteromyidae; ook: muisgoffers of wangzakmuizen), 71 soorten knaagdieren omvattend.
(e) De familiegroep zakmuizen is gekenmerkt door het bezit van uitwendige wangzakken (d.w.z. de opening ligt niet in de mondholte, maar opzij van de bek), die met haar zijn bekleed. De wangzakken kunnen uitgestulpt worden door een speciale spier, en worden gebruikt voor voedseltransport. De familie zakratten in engere zin (Geomyidae) telt uitsluitend gravende vormen, de familie zakmuizen in engere zin omvat ook springende soorten. Deze dieren komen alleen in Amerika voor. Voorbeeld: →kangeroemuis.
