het kleinste terriërras. Schouderhoogte: 20 cm.
De Yorkshire terrier is in het midden van de 19e eeuw in de buurt van Leeds gefokt uit andere terriërrassen en wellicht de maltezer. De hond heeft een kort lichaam met korte pootjes, een vlakke kop met stop en een vrij korte snuit. Verder heeft hij een gecoupeerde staart en kleine opstaande prikoortjes. De beharing is lang, zijdeachtig en niet krullend. De kleur van de rug is staalblauw, de rest is kastanjebruin. Het karakter is opgewekt.