v./m. (-gen), meetinstrument gebaseerd op de nulmethode voor het meten van de impedantie van passieve elektrische elementen (weerstanden, spoelen, condensatoren).
De wisselstroombrug bestaat uit een netwerk van vier elementen, waarvan er drie een bekende impedantie bezitten, nl. Z1, Z2 en Z3, terwijl van het vierde element de impedantie Zx, gemeten wordt; verder zijn in de schakeling een nulindicator N en een wisselstroombron aanwezig. Door het op de juiste waarde instellen van de impedantie van de bekende elementen kan worden bereikt dat de spanning over de nulindicator nul wordt. Dan geldt de relatie: Z1.Z3=Z2-Zx ,waaruit Z, berekend kan worden.
De wisselstroombrug bestaat in verschillende uitvoeringen: de brug van Wien (voor capaciteitsmetingen), de brug van Maxwell (voor het meten van zelfinducties) en de brug van Schering (voor het meten van diëlektrische verliezen).