Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Windmotor

betekenis & definitie

m. (-en), (ook: Amerikaanse molen); eenvoudige, vrijwel geheel metalen windmolen met een krans van windbladen.

Het feitelijke molengebouw van de windmotor is een open staalconstructie zonder bergruimte. Het wiekenkruis wordt gevormd door een horizontale as met een zgn. windroos, een krans van gebogen windbladen die door middel van ijzeren staven verbonden zijn met de as. De middellijn van de windroos kan tot 15 m bedragen. Door toepassing van moderne lagers en een lichte constructie komt de windmotor reeds bij geringe windsnelheid in werking. De molen is uitgerust met een zgn. staart om de juiste stand van de windroos ten opzichte van de windrichting automatisch in te nemen. Deze staart is zodanig geconstrueerd dat bij aanwakkerende wind de roos iets uit de windrichting wordt gedraaid zodat hij niet op hol slaat, terwijl bij storm de wiekenas tot 90° op de windrichting verdraait.

Hierdoor kan de molen vrijwel stormzeker worden genoemd. Vanaf de molenas wordt via tandwieloverbrengingen en assen een watervijzel aangedreven.

De windmotor werd in de eerste helft van de 20e eeuw tamelijk veel toegepast in Friesland en Noord-Holland, dikwijls ter vervanging van oude houten windmolens. Behalve in ontwikkelingslanden worden windmotoren praktisch niet meer (1980) gebouwd. Uit de windmotor is een eenvoudig type ijzeren windmolen voortgekomen.

LITT. S. Freese, Windmills and millwrighting (1971); T. Lubbers, Windmotoren (in: de Fryske Mole e.a., Fries molenboek, 1980).

< >