[Fr.] (varieerde, is en heeft gevarieerd), veranderen, wisselen, anders worden: een variërende stemming; (organismen) veranderen, afwijken van het type, variatie vertonen: soorten die sterk in in alle richtingen gaan variëren; veranderen, wijzigen, enigszins doen afwijken van de gewone vorm: opgaven een weinig variëren;
(muziek) variaties maken, nl. op een thema.