[Hd., Sankt Joachimst(h)al in Bohemen, waar de eerste werd geslagen], m. (-s), oude Duitse en Oostenrijkse zilveren munt.
De eerste joachimsthaler werden begin 16e eeuw geslagen. In 1566 werd de taler als rijksmunt erkend (Reichs-Thaler), verdrong allengs de Rijnse goudgulden en kwam onder verschillende benamingen en waarden voor (Speciesthaler, Maria-Theresienthaler enz.). Sedert 1875 kent ment men de Vereinsthaler, d.i. de taler van het Muntverdrag van Wenen, die later aan 3 mark werd gelijkgesteld. Tot najaar 1907 was de taler geldig. In Ethiopië is de Maria-Theresienthaler als muntsoort nog zeer geliefd. daalder.