Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 16-06-2020

stervensbegeleiding

betekenis & definitie

v., medische en psychische begeleiding van stervenden.

(e) Over stervensbegeleiding is sinds ca.1970 een stroom van litteratuur verschenen. Voor die tijd was het stervensproces en de dood met een taboe omgeven. De westerse cultuur heeft de neiging het sterven te eenzijdig in een medisch kader te plaatsen; met gevoelens van machteloosheid, liefde, zorg, verdriet weten vaak de stervende noch de omgeving raad. De Zwitsers-Amerikaanse psychiater E.Kübler-Ross verrichtte op dit gebied baanbrekend werk door het publiceren van vele gesprekken die zij met stervenden voerde en de inzichten die zij daardoor verkreeg. Zij onderscheidt in de houding tegenover de naderende dood enkele fasen: na de ontkenning en de woede (ook gericht op de omgeving) volgt het onderhandelen (‘als ik dit of dat doe of beloof, zou ik dan nog kunnen genezen?’); daarna, met het besef van de onherroepelijkheid, de depressie, en tenslotte berusting en aanvaarding.

Bij de begeleiding moet men oog hebben voor deze gevoelens, en trachten een situatie te scheppen waarin gedachten en emoties geuit kunnen worden, zowel door de stervende als door de gesprekspartner. Stervensbegeleiding moet geen zaak voor alleen specialisten zijn; het is in de eerste plaats een zaak voor hen die zich met de stervende verbonden weten.

LITT. E.Kübler-Ross, Lessen voor levenden (1971); R.Kastenbaum en R.Aisenberg, The psychology of death (1972); W.Berger, De laatste levensfase m (1973); E.Kübler-Ross, Dood: het laatste stadium van innerlijke groei (1976); R.L. Morgan, Om de dooie dood (1977); I.Wolffers, Een eindje meelopen (1977).

< >