Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-06-2020

shocktherapie (shockterapie)

betekenis & definitie

v. (-ën), (psychiatrie) behandelingsmethode voor bepaalde psychosen, bestaande in het teweegbrengen van een op een epileptisch insult gelijkende aanval.

(e) Naast →elektroshock kent men medicamenteuze shock, waarbij kortdurend bewustzijnsverlies en on willekeurige spiersamentrekkingen worden veroorzaakt door toediening van bepaalde stoffen; injecties van cardiazol of insuline zijn het bekendst. De shocktherapie ontmoet sinds ca.1970 toenemende weerstand: men vindt o.a. dat de methode ethisch niet verantwoord is, te willekeurig wordt toegepast en meer negatieve dan positieve gevolgen heeft. Hierdoor wordt deze therapie in Nederland en België steeds minder toegepast.

< >