[Lat.], v., fonkeling, schittering (van sterren: fonkelen); (natuurkunde) kortstondig, plaatselijk luminescentieverschijnsel.
NATUURKUNDE
Scintillatie, het optreden van puntvormige lichtflitsjes, kan optreden als corpusculaire straling (b.v. alfastraling) een stof treft.
Het verschijnsel is b.v. goed te zien als een met zinksulfide bedekt scherm blootgesteld wordt aan de straling van een radioactief preparaat, luminescentie.