[Geliefde van (de maangod) Sin], koning van de Oudmesopotamische stadstaat Larsa (ca. 1822 v.C.–1763 v.C.). Tijdens Rimsins regering beheerste Larsa geheel Zuid-Babylonië en kwam het land door handel en landbouw tot grote bloei.
Larsa’s macht bereikte na 1793 v.C. een hoogtepunt door de verovering van Isin. In 1763 v.C. werd de stad door Hammoerabi van Babylon veroverd en Rimsin werd onttroond. De litteratuur van Larsa was m.n. gericht op het afschrijven van Soemerische teksten, het dichten van oden op de koning en van tempelen godenhymnen.LITT. H.Steible, Rimsin, mein König (1975); H. Klengel, Hammurapi von Babylon und seine Zeit (1978).