v., het röntgenologisch zichtbaar maken van de nierbekkens, door middel van contrastmiddelen.
Pyelografie geschiedt op twee manieren:
1. door een intraveneus pyelogram (ivp), waarbij een door de nieren uitgescheiden contrastgevende stof in een ader wordt gespoten;
2. blaasonderzoek met de cystoscoop: via de cystoscoop voert men dan twee smalle buigzame buisjes in beide ureteropeningen tot in het nierbekken; door deze beide buisjes wordt dan het contrastmiddel gespoten. De tweede methode is nauwkeuriger dan het IVP, maar heeft het nadeel, dat men infectiekiemen in het nierbekken brengt; bovendien is deze methode tijdrovender en hinderlijker voor de patiënt.