m. (—en), historisch vissersvaartuig.
De pink, een vissersvaartuig van de Hollandse kust, is in de 14e eeuw ontstaan. De pink had een platte bodem, ronde vormen en was een overnaads gebouwd open kustvissersvaartuig. ’s Zomers beoefende men met de pink de drijfnetvisserij op haring. Gedurende de rest van het jaar werd de visserij op schol langs de kust van Holland beoefend. De lengte was ca. 9 m en de breedte ca. 3,5 m. Uit de pink is aan het eind van de 17e eeuw de dubbele pink, een type koopvaardijschip ontstaan.
Dubbel slaat op het tweemaal zo grote draagvermogen als van het oorspronkelijke type. Dit vergrote type kan beschouwd worden als de voorloper van de bom.