plantengeslacht uit de familieLentibulariaceae, met ca. 35 soorten kruidachtige plantjes in gematigde klimaten van het noordelijk halfrond, maar ook in de Andes en in het Zuidpoolgebied. Bladeren vettig-kleverig, glanzig beklierd.
Kleine insekten kleven aan het blad, waarna de bladeren inrollen. De aldus gevangen insekten worden door afgescheiden enzymen verteerd. Bloemen alleenstaand, enigszins op een gespoord viooltje lijkend. In Nederland en België vrijwel uitgestorven Pinguicula vulgaris, vetblad met paarsblauwe bloemen, op moerassige heiden of in grasland. Overwintert met ‘winterknoppen’. Als sierplant worden gekweekt (in de kas) P. caudata (5 cm grote rode bloem; Mexico) en P. gypsicola (purper en wit, met tweelobbige spoor; Mexico).
