Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

Perzische Oorlogen

betekenis & definitie

een reeks conflicten in de oudheid tussen Perzen en Grieken (500-449 v.C.). De eerste fase valt samen met de Ionische Opstand (500—494 v.C.): Athene en Eretria gaven toen enige steun aan de opstandelingen.

Toen deze bedwongen was, liet Dareios I eerst zijn schoonzoon Nardonios een expeditie ondernemen waardoor de Perzische greep op Thracië werd versterkt en Macedonië tijdelijk een Perzische vazalstaat werd (492 v. C.). In 490 v.C. ondernamen de Perzen onder Datis en Artafernes een zee-expeditie tegen Athene en Eretria. Zij onderwierpen de Cycladen, verwoestten Eretria en landden - in gezelschap van de vm. Atheense tiran Hippias - in het noordoosten van Attika, waar zij bij Marathon door Miltiades werden verslagen. Toen de Perzische vloot daarop in de richting van Athene koerste, dekte Miltiades door een geforceerde terugmars de stad tegen een overval.Zoals o.a. blijkt uit de onderwerping van de Cycladen, was de expeditie van 490 v.C. niet alleen een afstraffing van Eretria en Athene.

Kennelijk had hun steun aan de Ioniërs de Perzen geleerd, dat de Egeïsche Zee een brug vormde tussen Europese en Kleinaziatische Grieken; voor de beveiliging van het Perzische gezag in Ionië was het gewenst, ook Europees Griekenland onder Perzische invloed te brengen. Maar door de dood van Dareios in 486 v. C. en de opstanden in Egypte en Babylon die zijn zoon Xerxes eerst moest bedwingen, vond een nieuwe, grote expeditie tegen Griekenland pas plaats in 480 v.C. Besloten werd met een sterk leger over land naar Griekenland te trekken, terwijl de vloot tegelijk langs de kust zou opvaren. De omvang van de door Xerxes zelf geleide strijdmacht moet voor die tijd indrukwekkend zijn geweest: ruim 1200 schepen en zeker meer dan 100000 man (de cijfers bij Herodotos zijn veel te hoog als gevolg van overschatting en propaganda). De Perzen moesten hun doel echter in één seizoen bereiken, omdat het enorme leger niet langer te ravitailleren was.

Een diplomatiek offensief had de Perzen nogal wat aanhang in de Griekse wereld opgeleverd. De Grieken die zich niet wilden onderwerpen, verenigden zich in 481 v.C. op het congres op de Isthmos. Sparta kreeg de militaire leiding; ter zee speelden ook de Atheners onder Themistokles met hun vele oorlogsschepen een belangrijke rol. De Grieken concipieerden een dubbele verdedigingslinie, die door zeeen landmacht bezet moest worden. De stelling bij Tempe was spoedig verlaten, omdat men niet kon rekenen op de Thessaliërs. Bij Thermopylae wachtten zij nu de Perzen af.

Verraad (Leonidas) dwong hen eind aug. 480 v.C. terug te trekken op de linie Salamis-Isthmos. Midden-Griekenland lag daarmee open. De inwoners van Athene werden geëvacueerd en de stad werd door de Perzen verwoest.

De Griekse vloot had tussen Salamis en Attika een zeer sterke positie. Hier deden de Perzen eind sept. een goed voorbereide aanval, die echter door Themistokles werd doorzien: het beste deel van de Perzische vloot werd gekraakt tussen de Griekse en de opdringende eigen schepen. Daarop trokken de Perzen hun hoofdmacht, waaronder de hele vloot, terug. Ook Xerxes vertrok. Alleen het leger in Thessalië onder Mardonios bleef achter.

In 479 v.C. rukte Mardonios opnieuw MiddenGriekenland binnen. Een leger van 40000 Peloponnesische en Atheense hoplieten wist de Perzen te vernietigen in de Slag bij Plataiai (479 v.C.); ongeveer tegelijkertijd behaalden de Grieken een overwinning ter zee bij kaap Mykale in Klein-Azië. Hierna begon de Griekse tegenaanval, aanvankelijk onder de Spartaan Pausanias; later nam Athene de leiding over, spoedig samen met de bevrijde steden van Ionië, verenigd in de Delisch-Attische Bond. De overwinning bij de Eurymedon (479 v.C.) bezegelde de Atheense suprematie in de Egeïsche Zee (Kimoon). In 495 v.C. werd een vloot uitgestuurd om het tegen Perzië opstandige Egypte te steunen. Dat liep echter op een debacle uit, en daarmee verdween de Griekse militaire invloed in het oostelijk deel van de Middellandse Zee.

Na het einde van de vijandelijkheden in 449-448 v.C. (Vrede van Kallias) was het Egeïsche gebied echter formeel vrij van de Perzische dreiging. Pas door de verzwakking van Athenes positie in de tweede helft van de Peloponnesische Oorlog kon Perzië zich in dit gebied weer in belangrijke mate doen gelden.

LITT. A.R.Burn, Persia and the Greeks (1962); C. Hignett, Xerxes’ invasion of Greece (1963); H. Bengtson e.a., The Greeks and the Persians (1968).

< >