m. (-en),
Teredo navalis, een weekdiersoort, van wormvormige gedaante, behorend tot de klasse tweekleppigen.
De paalworm heeft vooraan een paar kleine schelpen, die richels en tandjes dragen, waarmee hij lange gangen boort in hout (houtboorder), die vervolgens met een laagje kalk worden bekleed.
Het afschraapsel wordt grotendeels verteerd. De opening van de gang is klein; de gang draait zich een kwart slag om, zodat hij in de lengterichting van het hout loopt, wordt breder en langer. Het hout van b.v. zeeweringen kan daardoor gevaarlijk verzwakt worden. In Nederland en België hebben paalwormen grote schade toegebracht. Ter voorkoming gebruikte men wel spijkers met brede koppen; later bleek creosootolie een vrij effectief bestrijdingsmiddel. Verschillende houtsoorten uit Guyana en Indonesië zijn beter bestand tegen paalworm. Teredo navalis is over de hele wereld verspreid; ook andere, vooral tropische, soorten kunnen veel schade aanrichten.
