o., gesteentevormend mineraal, rombisch holoëdrisch, gewoonlijk gekristalliseerd in niet zeer grote, lichtgroene kristallen.
(e) Olivijn, (Mg, Fe)2SiO4, is een bestanddeel van basische stollingsgesteenten, zoals gabbro, basalt, diabaas en hoofdbestanddeel in de ultrabasische peridotieten en in vele steenmeteorieten. Een doorschijnende variëteit met fraaie kleur wordt onder de naam →chrysoliet of peridoot als edelsteen gebruikt. Bij verwering gaat olivijn over in serpentijn. Forsteriet (Mg2(SiO4)) en fayaliet (Fe2(SiO4)) behoren tot de olivijngroep. Chrysoliet is een mengmineraal van forsteriet en fayaliet.