Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

Oeroek

betekenis & definitie

een van de belangrijkste steden in het oude Mesopotamië, gelegen aan de benedenloop van de Eufraat, ten westen van as-Samawah. De stad, die in het OT Erech heet en nu een ruïne is die Warka wordt genoemd, werd van 1912-13 en (zij het met onderbrekingen) sinds 1927 opgegraven door Duitse archeologen.

Het onderzoek te Oeroek heeft m.n. licht geworpen op de oudste historische perioden van Mesopotamië, de late Oeroektijd (tussen ca.3500 v.C. en het begin van het 3e millennium v. C.). De oudste vondstlagen gaan terug tot ca.4000 v.C. (laag 18). In de late Oeroektijd (laag 6 en volgende) deden zich belangrijke cultuurhistorische ontwikkelingen voor. De archaïsche teksten uit Oeroek behoren tot de oudste uit de geschiedenis. Zij bestaan uit ruim 1200 pictogrammen.

De onderzoekers zijn het er nog niet over eens of de teksten in de Soemerische taal zijn geschreven. Aan de lezing en interpretatie ervan wordt intensief gewerkt. Ook de later ontdekte groepen spijkerschriftteksten, die uit het begin van de christelijke jaartelling dateren, zijn uit Oeroek afkomstig. De stad speelde vermoedelijk in de tweede fase van de vroegdynastieke periode (ca. 28e eeuw v.C.) een belangrijke rol onder de eerste dynastie van Oeroek. In deze periode traden de grote episch-heroïsche figuren van Soemerië op, zoals Enmerkar, Loegalbanda, Doemoezi en Gilgamesj. De uit deze fase daterende stadsmuur, met een lengte van ruim negen km, werd volgens de overlevering tijdens Gilgamesj gebouwd.

Ook in de tweede helft van het derde millennium v.C. werd de stad door belangrijke vorsten geregeerd, zoals Loegalzaggesi van Oeroek en Oemma (kort na 2400 v.C.) en Oetoechegal (ca.2120 v. C.), die de barbaarse Goeti verdreef. Rond 1800 v. C. werd Oeroek een eigen dynastie, waartoe o.a. Sinkasjid behoorde. Hoewel de stad daarna geen residentie meer was, bleef zij belangrijk.

In de 7e eeuw v.C. waren er Assyrische garnizoenen gelegerd. Oeroek dankte haar betekenis ook aan de daar vereerde oppergod Anoe en de voornaamste godin Inanna (→Isjtar). De zikkoerrat van Anoe, die werd bekroond door de Witte Tempel, stamde uit de late Oeroektijd. Inanna werd aanbeden in het monumentale tempelcomplex Eanna. Oeroek bestond oorspronkelijk uit twee steden, Koellab en Oeroek, vandaar dat er twee belangrijke goden werden aanbeden. De cultische betekenis van de stad speelde ook in later eeuwen een rol.

Talrijke Babylonische koningen lieten er bouwwerken optrekken. Vooral in de Kassitische tijd was de bouwactiviteit belangrijk, getuige o.a. de Isjtartempel van koning Karaïndasj. Bij de opgravingen ontdekte men o.a. het paleis van Sinkasjid, het feesthuis voor de viering van het nieuwjaarsfeest, graven, een paleis en een tempel gewijd aan Gareus uit de Parthische periode en het Irigal, de tempel van Isjtar en Nanaja uit de Seleukidentijd. Belangrijke, zeer oude keramiek werd in de naburige Teil Hadji Mohammed gevonden.LITT. J.Jordan e.a., Vorläufige Berichte über die von der Notgemeinschaft der deutschen Wissenschaft (later: von dem deutschen archäologischen Institut) unternommenen Ausgrabungen in UrukWarka (28 dln. 1930—78); C.Ziegler, Die Terrakotten von Warka (1962); E.Strommenger en R.Machuch, Gefässe aus Uruk von der neubabylonischen Zeit bis zu den Sassaniden (1967); M.A.Brandes, Untersuchungen zur Komposition der Stiftmosaiken an der Pfeilerhalle der Schicht IV A in UrukWarka (1968); R.McAdams en H.J.Nissen, The Uruk countryside (1972).

< >