Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-06-2020

nomothe'tisch (nomotetisch)

betekenis & definitie

bn., wetgevend; algemene regels gevend of die betreffend: een onderzoek.

(e) FILOSOFIE. De term nomothetisch werd voor het eerst gebezigd door de neokantiaan W.Windelband, om de natuurwetenschappen in methodologisch opzicht te onderscheiden van de geesteswetenschappen, die →idiografisch te werk gaan. De natuurwetenschappen zijn niet geïnteresseerd in het bijzondere en eenmalige als zodanig, maar beogen het vormen van een netwerk van theorieën en hypothesen, die gewoonlijk uitdrukking vinden in abstracte, algemene wetten. Wat zich in de natuur voordoet wordt dan verklaard als een bijzonder geval van één of meer algemene wetten. Men moet echter wel bedenken dat Windelbands tweedeling van de wetenschappen niet gemaakt wordt op basis van het bestudeerde voorwerp. Eenzelfde gebeuren kan immers hetzij nomothetisch, hetzij idiografisch bestudeerd worden, ook binnen één bepaald wetenschapsgebied.

LITT: W.Windelband, Geschichte und Naturwissenschaft (1904), J.Piaget, Epistémologie et Sciences de l’homme (1970). PSYCHOLOGIE. In de persoonlijkheidsleer spreekt men van de nomothetische benadering, waarbij men een groep personen bestudeert, met het doel door vergelijking van kenmerken tot een algemene omschrijving van de persoonlijkheid te geraken.

< >