o. (-bromen), een angiofibroom (bloedvatwoekering) van de neuskeelholte.
Achter de inwendige neus begint de neuskeelholte, die hier met haar achterste wand tegen de schedelbasis aanligt. Op deze plaats kunnen zich snelgroeiende, vaatrijke vezelige gezwellen ontwikkelen, die veel vaker voorkomen bij jongens dan bij meisjes. Dit soort fibroom begint op 8—10-jarige leeftijd om meestal spontaan, in de pubertijd weer te verdwijnen. Deze gezwellen bloeden zeer gemakkelijk, en operatie is daardoor en door de lokalisatie riskant. Meestal wordt niet naar volledige verwijdering gestreefd, wel naar verkleining. Histologisch is het neuskeelfibroom een goedaardig gezwel, maar er is soms toch infiltratieve groei in de schedelbasis, waardoor de tumor klinisch als kwaadaardig beschouwd kan worden. Bij inspectie via de neus ziet men een ronde, gladde zwelling, die met intact slijmvlies is bedekt.