Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

mark (munt)

betekenis & definitie

m.,

1. (vroeger) gewicht van 0,5 pond (+ 246 g), m.n. voor goud en zilver; gewicht voor edelgesteente (= 1200 karaat);
2. (-en), Duitse munteenheid;
3. oude Deense gewichtsmaat van 0,25 kg.

Voor de Eerste Wereldoorlog bevatten 2790 (Duitse) marken te zamen 1 kg fijn goud. In en na die oorlog deprecieerde de mark in sterke mate. In 1924 werd een nieuwe mark ingevoerd, gelijk aan 1 mln. papiermarken. In 1948 werd door de westelijke bezettingsautoriteiten een nieuwe mark ingevoerd (gelijk aan 10 oude marken). In de oostzone wensten de Russische autoriteiten niet mee te werken, waardoor een Westduitse mark (1 Deutsche Mark = 100 pfennig) en een Oostduitse mark (1 Mark der DDR of Ostmark) = 100 pfennig) ontstond.

< >