m. (-s), de gedroogde bloemknop van Syzygium aromaticum (familie Myrtaceae), een tot 15 m hoge boom afkomstig uit de Maluku Archipel. (e) De kruidnagelboom verlangt een heet en vochtig klimaat en wordt dus alleen geteeld in tropische streken tot 300 m boven zeeniveau. De bloeiwijzen worden geoogst vlak voor het opengaan van de bloemen, d.i. wanneer de ‘kop’ van de spijkervormige bloemkoppen (gevormd door de nog gesloten kroon) een roze kleur aanneemt.
De nagels worden dan van de steeltjes ontdaan en (meestal in de zon) gedroogd. De boom begint te produceren als hij 610 jaar oud is, bereikt zijn volle produktiviteit op 20-jarige leeftijd, en brengt dan tot 3 kg droge kruidnagels per jaar op. De wereldproduktie wordt geschat op ca. 270001 per jaar; hiervan levert Indonesië ca. 13000 t (vooral uit Maluku, ook uit WestSumatra), terwijl Malagasië en Zanzibar (dat vroeger de belangrijkste bron was, maar waar de produktie door een ernstige ziekte onder de bomen sterk is achteruitgegaan) elk ca. 4000 t bijdragen. Minder belangrijke arealen vindt men in India, Sri Lanka en Malakka. Indonesië is tevens de belangrijkste consument omdat daar op grote schaal kretek-sigaretten worden vervaardigd, die bestaan uit een mengsel van tabak en gemalen kruidnagels, omgeven door een gedroogd schutblad van een maïskolf. De smaak van kruidnagels is te danken aan de →kruidnagelolie, die ook in andere delen van de boom voorkomt.LITT. G.E.Tidbury, The clove tree (1949); J. Maistre, Les plantes à épices (1964); H.R.Heath, Herbs and spices for food manufacture (1972).