Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

klieven

betekenis & definitie

I. (kliefde, heeft gekliefd),

1. (overg.) vaneen doen gaan, splijten door zich snel te bewegen door (met de gedachte dat daarbij de scheiding niet blijft bestaan) : de vogel klieft de lucht; het schip klieft de baren; 2. (onoverg.) zich laten splijten;

II. (gew.) (kloof, heeft gekloven), (overg.) splijten van hout.

< >