in de veeteelt de termen die men gebruikt om bij landbouwhuisdieren de tint of tinten van het haarkleed aan te geven. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de tint van het haar over het grootste gedeelte van het lichaam (de kleur) en de tint van kleinere afwijkend gekleurde huidgedeelten: de aftekeningen die bijna altijd wit zijn.
Bij het paard zijn enkele van de meest in Nederland en België voorkomende kleuren: zwart, bruin, d.w.z. bruinachtig haar over het lichaam met zwarte onderbenen, manen en staart, en vos, roodachtig haar over het gehele lichaam inclusief manen en staart. Hierbij kent men nog veel schakeringen, zoals gitzwart, kastanjebruin, goudvos, leemvos enz. Verder komen ook stekelharigen voor (gekleurde haren vermengd met weinig witte) en schimmels (de witte haren hebben de overhand op de gekleurde, maar de witte haren vormen in het algemeen geen velden). De aftekening bij paarden vindt men veelal aan het hoofd en de onderbenen. Zo komt aan het hoofd dikwijls een kol (kleine witte stip) voor of een bles (witte streep) en aan de onderbenen een sok (onderbeen wit tot aan de →kogel) of een witvoet (onderbeen wit met inbegrip van de kogel). Onder de palomino verstaat men een goudkleurig paard met witachtige manen en staart. Deze kleur is vrijwel identiek met die van een izabelkleurig paard.Bij het rund kent men o.a. zwarte, rode en bruine dieren. Ook hier komen vaak witte aftekeningen voor. Komt wit in velden of vlekken op verschillende plaatsen naast de grondkleur voor, dan spreekt men van bont (zwartbont, roodbont). Het blauwe ras van Midden-België is blauw van kleur ten gevolge van een mengeling van zwarte, grijsblauwe en witte haren. Een witrik is een rund dat overwegend zwart of rood is gekleurd, maar over de gehele bovenzijde loopt van voren naar achteren een witte band. Een lakenvelder is een rund, waarvan het voorstel en het achterstel zwart of rood is gekleurd, maar de middenhand is wit. Kleur en aftekeningen zijn zeer belangrijke onderdelen van het signalement; men rekent ook de geboortedatum of de leeftijd en eventueel een nummer van het dier hiertoe.