Jomo, bijg. Vlammende Speer, Keniaans politicus, *20.10.1893, ♱22.8.1978 Mombasa.
Kenyatta behoorde tot de stam van de Kikuyu. Al vroeg kwam hij in contact met Europeanen. In 1920 kwam hij in Nairobi in overheidsdienst. Hij sloot zich aan bij de Kikuyu Central Association (KCA), waarvan hij secretaris-generaal werd. Deze KCA was ontstaan uit de antikoloniale East Africa Association. Kenyatta stichtte in 1928 de eerste Kikuyukrant.
Hij verkreeg van de Britten eigen, zelfstandig beheerde Kikuyuscholen. Van 1931-46 verbleef Kenyatta in Europa. Hij huwde in 1943 een Engelse. Kenyatta studeerde antropologie, publiceerde Facing Mount Kenya (1938), een studie over de ontbindende blanke invloed op de traditionele Kikuyubeschaving. Daarna verbleef hij twee jaar op de universiteit te Moskou. In 1947 werd hij benoemd tot voorzitter van de Kenya African Union.
In 1952 werd Kenyatta aangehouden onder beschuldiging een aandeel te hebben in de Mau Mauopstand (→Mau Mau). Ondanks de wereldwijde publiciteit en aanmoediging die de leider kreeg, werd hij toch in 1953 tot zeven jaar opsluiting veroordeeld. In 1959 werd hij verbannen naar het afgelegen Lodwardistrict (Noord-Kenia), later naar Marabal, dichterbij de hoofdstad Nairobi. In Kenia werd de Kenya African National Union (KANU) opgericht, waarvan Kenyatta bij verstek tot president werd gekozen. Pas in 1961 werd hij vrijgelaten. In 1964 werd hij president van de nieuwe republiek van Kenia.
In 1974 verlengde hij opnieuw, ondanks zijn hoge leeftijd, zijn ambtstermijn. Onder Kenyatta’s bewind is de afrikanisering van Kenia ingezet en de economie tot bloei gebracht. De laatste jaren werd de president geconfronteerd met grote stammentwisten en ontevredenheid over de almachtige positie van zijn eigen politieke organisatie.LITT: G.Delf, Jomo Kenyetta (1961); A.Howarth, Kenyatta, a photographic biography (1967); J.Murray-Brown, Kenyatta (1972).