Lev, eigenlijk: Rosenfeld, Russisch politicus, *22.7.1883 Moskou, ♱(gefusilleerd) 25.8. 1936 Moskou; uit een gegoede joodse familie. Kamenjev werd in 1901 sociaal-democraat en in 1903 bolsjewist.
In 1917 verzette hij zich echter tegen de bolsjewistische staatsgreep. Niettemin werd hij daarna voorzitter van de Moskouse sovjet. In 1922 werd Kamenjev vice-voorzitter van de raad van volkscommissarissen (ministerraad), zodat hij tijdens Lenins ziekte (mei 1922-jan. 24) de regering leidde. In 1923 vormde Kamenjev met Zinovjev en Stalin een driemanschap, die m.n. tegen Trotski was gericht en na Lenins dood (1924) de meeste macht aan zich trok. In 1926 lieerden Kamenjev en Zinovjev zich echter met Trotski tegen Stalin; deze won en Kamenjev werd in 1927 gedegradeerd. Meer dan eens herriep hij zijn oppositionele positie op vernederende wijze. In 1934 gearresteerd, werd Kamenjev op grond van gefingeerde wandaden ter dood veroordeeld.