Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

huwelijksgemeenschap

betekenis & definitie

v.,

1. geslachtelijke vereniging van gehuwden;
2. door het huwelijk ontstane gemeenschap van goederen (e);
3. het geheel van de gemeenschappelijke baten en schulden binnen de gemeenschap van goederen.

(e) Voor Nederland: ➝ gemeenschap van goederen. België. Uitgaande van de overweging dat het wettelijk stelsel van huwelijksvermogensrecht moet beantwoorden aan de vermogenstoestand van de meeste gezinnen, heeft de wet van 14.7.1976 geopteerd voor het stelsel van gemeenschap van aanwinsten, aangezien de meeste echtgenoten op de dag van hun huwelijk weinig of niets bezitten. De goederen die zij tijdens het huwelijk verwerven bestaan bijna uitsluitend (behalve door schenking, erfenis of testament verkregen goederen) uit de inkomsten van hun beroep en uit hun gezamenlijke besparingen. Om aan de gelijke bekwaamheid van de echtgenoten een wezenlijke uitwerking te geven verleent het stelsel hun gelijke bestuursbevoegdheden. Het bestuur over het patrimonium van de man en dat van de vrouw komt toe aan de resp. echtgenoten, terwijl het gemeenschappelijk vermogen, ook al bestaat het slechts uit de inkomsten van een van de echtgenoten, in de regel concurrentieel bestuurd wordt, behoudens de gevallen van gezamenlijk of privatief bestuur. Deze erkenning van de gelijkheid van de echtgenoten inzake bestuur over het gemeenschappelijk vermogen heeft geleid tot de opheffing van de vroegere beschermingsbepalingen ten aanzien van de gehuwde vrouw.

Aldus de wettelijke hypotheek; de mogelijkheid om van de gemeenschap afstand te doen; het voorrecht van emolumenten; het stelsel van de voorbehouden goederen; het recht om voorafnemingen te doen uit de persoonlijke goederen van de man. Het nieuwe wettelijk stelsel is gebaseerd op drie vermogens: het eigen vermogen van de man; het eigen vermogen van de vrouw; het gemeenschappelijk vermogen van de beide echtgenoten (art. 1398 BW). Elk vermogen bestaat uit een geheel van actieve en passieve bestanddelen (➝ huwelijksvermogensrecht).

< >