Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Hitchcock

betekenis & definitie

Alfred, Engels filmregisseur, *13.8.1899 Londen; sinds 1926 getrouwd met Alma Reville, bij vele films zijn regie-assistente en co-scenariste. Hitchcock was aanvankelijk werkzaam in het reclamevak.

Vanaf 1920 ontwierp hij tussentitels bij films en in 1922 werd hij regie-assistent en scenarioschrijver. Zijn bezoek aan de UFA-studios in Duitsland liet duidelijk expressionistische sporen na in zijn vroegste films. In 1925 regisseerde hij zijn eerste film The pleasure garden en in The lodger (1927) begon zich reeds de later fameus geworden Hitchcockstijl af te tekenen, die hem de titel master of suspence (spanning) opleverde. Zijn Blackmail (1929) was de eerste Engelse geluidsfilm, in 1933 gevolgd door een musical Waltzes from Vienna. Bekend werd hij echter vooral door de thrillers The man who knew too much (1934), The 39 steps (1935), The secret agent (1936), Sabotage (1936), en The lady vanishes (1938). In 1940 kwam Hitchcock in Hollywood onder contract bij producent David O.Selznick; vanaf 1948 produceerde hij zelf zijn films.

In 1955 startte hij de produktie van een serie televisieprogrammas van een half uur Alfred Hitchcock presents, in 1962 uitgebreid tot The Alfred Hitchcock hour. Deze series, waarvan hij enkele afleveringen regisseerde, werden door hem op originele wijze gepresenteerd. Hitchcock weet met een uniek vakmanschap de spanning in zijn films op te bouwen. Een perfecte dosering van drama en psychologie in de uitgekiende en vaak ironisch behandelde gegevens, in samenhang met talloze fantasierijke technische vondsten, heeft zijn oeuvre klassiek gemaakt en tot een bron van inspiratie voor andere filmmakers. Tot in de kleinste details bereidt Hitchcock iedere film op papier voor, compleet met nauwkeurige situatieschetsen. In het scenario wordt elk overtollig woord geschrapt.

De feitelijke opnamen, de montage en de afwerking verlopen geheel volgens draaiboek en worden door Hitchcock als het minst creatieve deel van het filmmaken beschouwd. Films: Rebecca (1940), Foreign correspondent (1940), Mr and Mrs Smith (1941), Suspicion (1941), Saboteur (1942), Shadow of a doubt (1943), Life boat (1943), Bon voyage (1944), Aventure malgache (1944), Spellbound (1945), Notorious (1946), The Paradine case (1947), Rope (1948), Under Capricorn (1949), Stage fright (1950), Strangers on a train (1951), I confess (1952), Dial M for murder (1954), Rear window (1954), To catch a thief (1955), The trouble with Harry (1956), The man who knew too much (1956), The wrong man (1957), Vertigo (1958), North by northwest (1959), Psycho (1960), The birds (1963), Marnie (1964), Torn curtain (1966), Topaz (1969), Frenzy (1972), Family plot (1976).LITT. C.Chabrol en E.Rohmer, Hitchcock (1957); P.Bogdanovich, The cinema of A.Hitchcock (1962); F.Truffaut, Le cinéma selon Hitchcock (1966).

< >