Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

hersenbloeding

betekenis & definitie

v., apoplexia cerebri, beschadiging van een bloedvat in de hersenen, waardoor bloed in het omgevende hersenweefsel kan uittreden.

(e) Bij de pasgeborene kan een hersenbloeding optreden na een moeilijke geboorte (→geboorteletsel). Bij volwassenen treedt een hersenbloeding meestal op uit vaten die door een ziekte beschadigd zijn (→trombose en →artériosclérose). Ook kan een hersenbloeding het gevolg zijn van een schedeltrauma. Bij een hersenbloeding is de hersenfunctie tijdelijk sterk gestoord en wordt de patiënt bewusteloos (→beroerte). Na enige tijd kan het bewustzijn terugkeren en dan zal, afhankelijk van het gebied waar de bloeding heeft plaats gehad, een grotere of kleinere functiestoornis blijven bestaan. In het centrum van de bloeding is het hersenweefsel meestal zo sterk beschadigd dat dit gedeelte blijvend ongeschikt is; in het randgebied is een herstel van de functie mogelijk, zodat de na een hersenbloeding aanwezige verlammingsverschijnselen of andere stoornissen in de loop van de tijd kunnen verminderen. Is er een bloeding tussen de hersenvliezen en de hersenen, dan spreekt men van een subdurale bloeding, resp. een subarachnoidale bloeding,

< >