Grieks filosoof, *ca.540 v.C. Efese, ♱ca.480 v.C.; uit aristocratische familie.
Van Herakleitos weet men slechts dat hij met zijn medeburgers op slechte voet stond. Van zijn werk zijn ca. 125 (niet allemaal authentieke) fragmenten bewaard gebleven, die uit een door hem geschreven boek over de natuur afkomstig zijn of op slechts mondeling gedane uitspraken teruggaan. De moeilijke formulering bezorgde hem al in de oudheid de bijnaam Skoteinos (de duistere). Mede door Platoon en Aristoteles, die hem zeer eenzijdig hebben geïnterpreteerd, is Herakleitos de geschiedenis ingegaan als de filosoof van het loutere worden en de verandering: alles vervloeit en niets is blijvend (panta rhei), een stelling die hem door Platoon in de mond wordt gelegd.Het is moeilijk uit de fragmenten de leer van Herakleitos te reconstrueren. Zeker is dat hij, overeenkomstig de traditie van de eerste Grieks-Ionische filosofen, de veelheid tot een eenheid trachtte te herleiden en daarom zocht naar het oerbeginsel (arche) waaruit alles ontstaat en bestaat. Maar even zeker is het dat hij volledig recht deed wedervaren aan de gegevens van de ervaring, waaruit blijkt dat de werkelijkheid een concrete totaliteit is, bestaande uit verschillende en aan elkaar tegengestelde wezenheden. Zo ziet Herakleitos overal paren van tegenstellingen: dag—nacht, koud—warm, oorlog— vrede; deze sluiten elkaar echter niet in absolute zin uit, maar hangen met elkaar samen en vinden op een hoger (of dieper) gelegen niveau een fundamentele eenheid. Er zou geen nacht zijn, als er geen dag was; men zou niet van warm kunnen spreken, Wanneer er geen kou bestond. Daarom kan men zeggen dat dag hetzélfde is als nacht, warm hetzélfde als koud: niet in de zin van absolute identiteit, maar van noodzakelijke samenhang en (daarom) fundamentele eenheid.
De onderlinge samenhang van alle dingen en hun onderlinge tegenstelling meende Herakleitos te kunnen verklaren door als arche een eeuwig oervuur aan te nemen, waarin een altijd voortdurende strijd (polemos) het natuur-noodzakelijk ontstaan van de tegenstellingen op gang brengt en in stand houdt. De stelling van Herakleitos: oorlog is de vader van alle dingen, lijkt in dit opzicht ietwat op de liefdehaattheorie van →Empedokles. Bij deze gaat het echter om een afwisselend tot elkaar brengen en uit elkaar drijven van verschillende elementen; bij Herakleitos worden afwisselend delen van het oervuur uitgeblust en veranderd in zee (water) en aarde, maar in dezelfde verhouding weer ingewisseld tegen vuur. Zo komt alles voort uit het vuur en keert erin terug. Het hier gesignaleerde evenwicht bewijst dat Herakleitos in het kosmisch gebeuren een strakke wetmatigheid aanvaardde. Dat dit een redelijke wetmatigheid zou zijn, lijkt op grond van enkele zgn.
Logorfragmenten niet onmogelijk, maar wordt niet algemeen aanvaard. Intussen is wel zeker dat Herakleitos van mening was dat de echte wijsheid bestaat in het inzicht in de fundamentele eenheid van de dingen. Deze wijsheid achtte hij echter niet voor iedereen bereikbaar. Door de nadruk waarmee hij deze onbereikbaarheid voor de grote massa der mensen poneert, krijgt zijn filosofie een hooghartig en pessimistisch karakter. Uitgave: Fragmenten, door H.Diels en W.Kranz (in: Fragm. der Vorsokratiker i, 9e dr. 1960). [prof.dr.M.vanStraaten].
LITT. G.Kirk, Heraclitus. The cosmic fragments (1962); K.Axelos, Héraclite et la philosophie (1962); E.Kurtz, Interpretationen zu den LogosFragmenten Heraklits (1971); E.N.Roussos, Heraklit-Bibliographie (1971).