m. (heloten), (hist.) in Sparta de van hun vrijheid beroofde oorspronkelijke bewoners, die als lijfeigenen van de staat verschillende plichten te vervullen hadden (e); (fig.) een volk van heloten, van onderdrukten, een volk in slavernij.
(e) De heloten waren in Sparta staatshorigen, die tegen een vaste jaarlijkse vergoeding in natura werden toegewezen aan bepaalde Spartanen om hun land te bewerken. Het kleine aantal Spartanen moest steeds bedacht zijn op een opstand van deze onderworpenen (bekend is de opstand van 465 v.C.); tegen verdachte heloten traden zij dan ook meedogenloos op.