Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

halfstam

betekenis & definitie

m. (-men), boom of struik die geen hoogstam is.

(e) De halfstam werd gebruikt voor appels, peren en pruimen. Vaak werd onder deze bomen een onderteelt bedreven van bessen. Deze boomvorm is later vervangen door kleinere boomvormen. →boomgaard.

< >