m. (-men), boom of struik die geen hoogstam is.
(e) De halfstam werd gebruikt voor appels, peren en pruimen. Vaak werd onder deze bomen een onderteelt bedreven van bessen. Deze boomvorm is later vervangen door kleinere boomvormen. →boomgaard.
Gepubliceerd op 27-06-2020
betekenis & definitie
m. (-men), boom of struik die geen hoogstam is.
(e) De halfstam werd gebruikt voor appels, peren en pruimen. Vaak werd onder deze bomen een onderteelt bedreven van bessen. Deze boomvorm is later vervangen door kleinere boomvormen. →boomgaard.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: