v./m. (-s), een grote, kortharige slanke windhond.
(e) Het greyhoundras is van de windhondenrassen het bekendste en meest populaire. Schouderhoogte: ca. 70 cm (reu) en 65 cm (teef). De oren liggen gevouwen achterwaarts, bij attentie worden zij echter opgericht. De staat is dun, lang, en wordt gebogen omlaag gedragen. Hals, rug, lendenen en dijen zijn zeer sterk gespierd. Dit ras werd voor de lange jacht, vooral op hazen, gebruikt; later werd dit verboden.
De populaire benaming is echter nog hazewindhond. De hond wordt gebruikt voor de windhondenrennen en kan snelheden van gemiddeld 60 km per uur bereiken. De greyhound is ook een geliefde huishond. Dit komt vooral door zijn zacht karakter en gemakkelijk onderhoud. De kleuren van het ras variëren sterk (zwart, zandkleurig, rood, gestroomd, gestroomd met witte aftekeningen en zwart-wit-bont). Dit windhondenras is een van de oudste honderassen.
Omstreeks 500 v.C. is het ras door de Kelten naar Engeland gebracht. De Assyriërs en Egyptenaren kenden het echter al lang vóór die tijd.