[→Fr. grain], o. (-en),
1. (suikerfabricage) de korrelige substantie die bij kristalliseren uit de zede in de koelpan gevormd wordt;
2. zwarte, witte of gekleurde stippen, die als onzuiverheden in edelstenen voorkomen;
3. korreling, korrel: het marmer was grof van —; (op een gegraveerde plaat of gravure) de uitwerking van de elkaar kruisende sneden; korrelige harsoppervlakte op een etsplaat; ruwe of geribde oppervlakte van tekenpapier, van de lithografische steen en de daarvan gemaakte afdrukken enz.: dat papier heeft te weinig voor tekenpapier;
4.oude eenheid; a. gewichtseenheid, onderdeel van het medicinale pond, 1/20 scrupel (ca. 65 mg): 3 kinine; b. diamantgewichit, karaat = 50 mg; c. gehalteaanduiding voor zilverlegeringen, penning, 12 penning = 100 % zilver; ook 1 grein = k lood, 16 lood = 100 % zilver; d. gehalteaanduiding voor goudlegeringen, karaat, 24 karaat = 100 % goud: goud van 21 karaat,
6 -; (fig.) zeer geringe hoeveelheid ; meest greintje; 5. weefsel van kemelsof geitehaar en wol: wollen —, dat geheel uit wol vervaardigd is, kamelot.
