eigenlijk: sir John Bagot Glubb, Brits generaal, *16.4.1897 Preston. Glubb Pasja diende sinds 1930 in het formeel onafhankelijke Transjordanië.
Van 1939-56 was hij bevelhebber van het Arabische Legioen, dat hij omvormde tot een van de best getrainde legereenheden in de Arabische wereld. Tijdens de Tweede Wereldoorlog wist hij in 1941 een pro-Duitse staatsgreep in Irak te onderdrukken. Tijdens de eerste oorlog tussen Israël en de Arabische landen (1948) was het Arabische Legioen het enige legeronderdeel dat niet door de Israëli's werd verslagen. Na 1951 richtte Glubb Pasja een Palestijnse nationale garde op om de grenzen van Jordanië tegen Israëlische aanvallen te verdedigen. Glubb werd vaak de ongekroonde koning varf Jordanië genoemd; zijn positie wekte verzet in nationalistische kringen en mede daarom ontsloeg koning Hoessein hem in 1956 als opperbevelhebber van de Jordaanse strijdkrachten. In 1958 werd hij adviseur van het Britse Ministerie van Defensie.
Werken: The story of the Arab Legion (1947), A soldier with the Arabs (1957), Britain and the Arabs, 1908 —58 (1959), War in the desert (1960), The Middle East crisis, a personal interpretation (1967), Peace in the holy land (1971). litt. G.Lias, Glubb’s Legion (1956); A.H.H. Abidi, Jordan, a political study, 1948—57 (1965).