Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

gieren (geluid)

betekenis & definitie

(gierde, heeft gegierd),

1. m.n. als het geluid van zeer uitbundig lachen: hij gierde het uit van het lachen;
2. fluiten van de wind of van door de lucht snorrende voorwerpen: de wind gierde door de takken; een steen gierde hem langs het hoofd.

< >