v. (-raden), in België bestuurlijk orgaan op gewestelijk niveau.
(e) De Vlaamse en de Waalse gewestraad zijn, krachtens de voorlopige ➝gewestvorming samengesteld uit de leden van de Senaat die resp. in het Vlaamse en het Waalse gewest woonachtig zijn en tot de Vlaamse resp. Franse taalgroep in de Senaat behoren. De Brusselse gewestraad is samengesteld uit de senatoren die in de 19 gemeenten van het Brusselse gewest wonen, en uit 42 leden van de Brusselse agglomeratieraad, naar verhouding behorend tot de Franse en de Ned. taalgroep van die raad. De gewestraden kregen adviserende bevoegdheid over m.n. het economisch beleid, gezondheidsen bevolkingsbeleid, over huisvesting, ruimtelijke ordening en toerisme, over wateren en bossen, en over jacht en visvangst in het desbetreffende gewest.
Een gewestraad kan op eigen initiatief een gemotiveerd advies uitbrengen betreffende de noodzakelijkheid tot goedkeuring, wijziging of opheffing van elke wetsof reglementsbepaling waarvan de toepassing beperkt blijft tot zijn gebied, een deel ervan of tot een instelling gelegen in zijn gebied, en dit in de aangelegenheden waarin een verschillend gewestelijk beleid geheel of ten dele verantwoord is. Het advies van een gewestraad wordt aangevraagd voordat een wetsontwerp wordt ingediend waarvan het toepassingsgebied beperkt is tot het gebied van de gewestraad, een deel ervan of tot een instelling gelegen in zijn gebied. Adviezen worden overgemaakt aan de eerste minister en aan de bevoegde minister voor Gewestelijke Aangelegenheden. De wet van 1.8.1974 betreffende de gewestraden werd nader uitgewerkt door verscheidene KB’s, uitgevaardigd tussen 12.11.1974-11.12.1975.
De gewestraden kwamen op 26.11.1974 voor het eerst samen, de Vlaamse te Mechelen, de Waalse te Namen, en de Brusselse te Brussel. Hun werking kwam evenwel nauwelijks van de grond, omdat zij door de oppositie geboycot werden. Daarom besloot het ➝Gemeenschapspact van 24.5.1977 tot een grondige hervorming van de gewestraden. Als aanzet daartoe werden de bestaande gewestraden bij de Wet van juli 1977 afgeschaft. In de voorgenomen definitieve structuur, die echter pas na een nieuwe grondwetsherziening kan worden verwezenlijkt, waartoe het in 1977 verkozen parlement geen bevoegdheid heeft, worden de gewestraden deelachtig aan de wetgevende macht.
De Vlaamse en Waalse gewestraden bestaan uit een aantal leden, dat gelijk is aan het aantal volksvertegenwoordigers, verkozen in elk gewest. De Brusselse gewestraad bestaat uit een aantal leden, dat gelijk is aan het dubbele van het aantal volksvertegenwoordigers, verkozen in dit gewest en die verkozen worden op eentalige lijsten en opgedeeld worden in twee taalgroepen. De leden van alle gewestraden worden rechtstreeks verkozen om de vier jaar. Hun mandaat is onverenigbaar met dat van lid van de Kamer van Volksvertegenwoordigers. De gewestraden zijn bevoegd voor een lijst van 25 materies en daarenboven voor alle aangelegenheden van ‘gewestelijk belang’, voorzover zij niet aan andere organen werden toegewezen en op voorwaarde dat de nationale wetgevende kamers nog niet wetgevend zijn opgetreden op dit terrein. De Brusselse gewestraad oefent tevens de bevoegdheden uit van de huidige agglomeratieraad, die wordt opgeheven.
Zij oefenen deze bevoegdheden uit door middel van ordonnanties, die kracht van wet hebben in het betrokken gewest. De financiering van de gewestraden geschiedt vooral via eigen belastingen én dotaties, die tussen de gewesten volgens een bepaalde verdeelsleutel (⅓ evenredig met de bevolking, ⅓ met de oppervlakte en ⅓ met de directe belastingen) verdeeld worden. De uitvoering van de ordonnanties geschiedt door een uitvoerend orgaan, het gewestelijk executief, dat door elke gewestraad in zijn schoot wordt verkozen en ten aanzien van deze gewestraad verantwoordelijk is, en waarvan de leden geen lid van de nationale regering mogen zijn. Het Brusselse executief telt maximum zeven leden, onder wie ten minste twee Nederlandstaligen; zij zijn verantwoordelijk tegenover de taalgroep van de Brusselse gewestraad, waartoe zij behoren en door wie zij aangewezen zijn. In het Brusselse gewest bestaan nog een Ned., resp. Franse Commissie voor de Cultuur, die uit een gelijk aantal leden, door de Ned., resp.
Franse taalgroep van de Brusselse gewestraad verkozen, zijn samengesteld en die als inrichtende macht, elk voor hun gemeenschap, inzake culturele aangelegenheden en onderwijs in het Brusselse gewest functioneren. Voor beslissingen van gemeenschappelijk belang, die zij in verenigde commissies nemen, is de meerderheid van stemmen in elke commissie noodzakelijk. Daarenboven worden in elk van de 19 gemeenten van het Brusselse gewest twee gemeenschapscommissies ingesteld: zij zijn samengesteld uit personen die op eentalige lijsten kandidaat waren voor de gemeenteraadsverkiezingen en hebben een adviserende en stimulerende taak inzake gemeentelijke, culturele initiatieven. Elke gemeenschapscommissie heeft een recht van hoger beroep bij het Brusselse gewestelijk executief, dat dan beslist met een meerderheid in elke taalgroep. In de zes randgemeenten rond Brussel met ➝taalfaciliteiten voor de Franstalige inwoners, vallen deze laatsten voor de culturele en persoongebonden materies onder de bevoegdheid van de Franse gemeenschapsraad en genieten zij dezelfde rechten als de Nederlandstaligen te Brussel. In deze randgemeenten worden dezelfde structuren en instellingen als die van het Brusselse gewest ingericht; de Brusselse Ned. en Franse Commissie voor de Cultuur zijn ook hier bevoegd voor de Nederlandstalige, resp.
Franstalige inwoners; in elk van de randgemeenten komen tevens twee gemeenschapscommissies met dezelfde bevoegdheden als deze in de 19 gemeenten van Brussel-Hoofdstad. De randgemeenten vallen echter onder de voogdij van de centrale overheid. In dezelfde randgemeenten, zeven secties van andere gemeenten en drie wijken rond Brussel, kunnen de inwoners hun woonplaats kiezen in één van de 19 gemeenten in het Brusselse gewest. Het gevolg van deze keuze is dat het administratief, gerechtelijk en fiscaal dossier in Brussel in de gekozen taal wordt afgewikkeld, en dat zij stemrecht bij de nationale wetgevende verkiezingen in de gekozen gemeente verleent.