Arne, Noors schrijver, *25.1.1851 Time, Jaeren, ♱14.1.1924 Hvalstad; gehuwd met H.➝Garborg. Vanaf 1871 was Garborg werkzaam als journalist.
Na 1880 werd hij aanhanger van het radicale naturalisme; in 1890 kwam hij tot een ondogmatisch christendom, gebaseerd op naastenliefde; later kreeg hij contact met de oosterse filosofie. Garborg was een van de eerste belangrijke schrijvers die zich van het Nieuwnoors bediende. Hij schilderde met veel psychologisch inzicht zowel de plattelander als de stedeling en had veel invloed op het geestelijke leven van zijn tijd. Werken: romans: Ein fritenkjar (1878; Een vrijdenker), Bondestudentar (1883; Ned. vert. Boerenstudenten, 1904), Hjaa ho Mor (1890; Ned. vert. Bij moeder thuis, 1897), Fred (1892; Ned. vert.
Vrede, 1918), Den burtkomne faderen (1899; Ned. vert. De verloren vader, 1905), Heimkomin son (1908; De zoon die thuiskwam)', toneelstuk: Leeraren (1896; De onderwijzer)', gedichten: Haugtussa (1895); autobiografie: Dagbok (6 dln. 1924— 27). Uitgaven: Tankazr og utsyn, door J.A.Dale en R.Thesen (2 dln. 1950); Mogning og manndom.Brev, door J.A.Dale en R.Thesen (1954); Skriftir i samling (8 dln. 2e dr. 1951), Artiklar (1967). litt. R.Thesen, A.Garborg (3 dln. 1933-39); R. Thesen, Ein diktar og hans liv (1947); J.A.Dale, Garborg studiar (1969).