[Fr.], m./o.,
1. een soort van suikergoed dat in de mond wegsmelt;
2. kleurloze, glasheldere emailsoort, vooral voor beschermende lagen.
Fondant is een laag gekookt en met lucht opgeklopt suikerwerk, bestaande uit ca. 80% saccharose en 20% glucosestroop, in welk mengsel de suiker opzettelijk tot zeer fijne kristallisatie is gebracht en de stroopfilm de vorming van grotere kristallen tegengaat, zodat een zachte en gladde structuur ontstaat. Hoewel meestal gebruikt in ander suikerwerk en bonbons (vooral als vulling of crème, eventueel met behulp van invertase half vloeibaar gemaakt), kent men ook gegoten fondant als eindprodukt.